Myocardinfarct zonder obstructief coronairlijden: het belang van aanvullende diagnostiek
Patiënten met een acuut myocardinfarct en niet-obstructief coronairlijden (MINOCA), gedefinieerd als een coronairstenose visueel < 50% of fractional flow reserve (FFR) > 0,80, vormen een klinisch en therapeutisch dilemma, gezien de vele mogelijk onderliggende oorzaken. Deze kunnen worden onderverdeeld in coronaire, myocardiale, en niet-cardiale aandoeningen. MINOCA komt bij gemiddeld 5% van de patiënten met een acuut coronair syndroom (ACS) voor. Klinische uitkomsten, waaronder het mortaliteitsrisico en functionele en psychosociale status, zijn vergelijkbaar met die van patiënten met een myocardinfarct met obstructief coronairlijden. De term MINOCA dient als een werkdiagnose beschouwd te worden die aanzet tot het inzetten van aanvullende diagnostiek. Cardiale MRI en invasieve intracoronaire diagnostiek spelen hierbij een belangrijke rol. In dit overzichtsartikel wordt het diagnostisch algoritme voor MINOCA van de European Society of Cardiology (ESC) en de American Heart Association (AHA-)richtlijnen toegelicht.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kunt u benoemen wat de term MINOCA inhoudt en hoe vaak het voorkomt
- kunt u toelichten wat de klinische karakteristieken en de prognose zijn van MINOCA
- kunt u uitleggen waarom MINOCA een werkdiagnose is, waaruit de differentiaaldiagnose bestaat en welke diagnostiek u inzet om hieraan richting te geven
- kunt u samenvatten wat de behandelmogelijkheden zijn voor de verschillende MINOCA-oorzaken