Het gebruik van nucleair onderzoek bij patiënten met bewegingsstoornissen
Bewegingsstoornissen worden over het algemeen gediagnosticeerd op basis van anamnese en neurologisch onderzoek. In sommige gevallen is er een indicatie voor aanvullend onderzoek, waarbij dopamine transporter single-photon emission computed tomography (DAT-SPECT) een optie is. Deze scan, waarmee de DAT-expressie in het striatum in beeld wordt gebracht, kan bijvoorbeeld gebruikt worden om het onderscheid te maken tussen dystone tremor van de arm of een tremor in het kader van de ziekte van Parkinson. Ook kan DAT-SPECT gebruikt worden om onderscheid te maken tussen de ziekte van Parkinson en medicamenteus-geïnduceerd parkinsonisme. DAT-SPECT kan op individueel niveau vaak geen onderscheid maken tussen de ziekte van Parkinson en atypisch parkinsonisme, zoals multipele systeematrofie of progressieve supranucleaire parese. Hiervoor kan in sommige gevallen een [18F]-FDG-PET-scan van de hersenen gemaakt worden.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- hoe u de verschillende vormen van parkinsonisme kunt onderscheiden op beeldvorming
- wanneer het gebruik van een DAT-SPECT-scan zinvol is in de diagnostiek van bewegingsstoornissen
- wanneer aanvullend onderzoek zoals een [18F]-FDG-PET-scan of [123I]-IBZM-SPECT-scan bijdraagt aan de diagnostiek van bewegingsstoornissen