Bloeddrukregulatie bij acute neurologische aandoeningen
Hypertensie en hypotensie dragen bij aan het ontstaan van secundaire cerebrale schade in de acute fase bij patiënten met een neurologische aandoening. Ernstige hypertensie kan zorgen voor het ontstaan van nieuwe, of progressie van bestaande intracraniële bloedingen. Anderzijds is hypertensie in de acute fase vaak een compensatiemechanisme bij tekortschietende cerebrale autoregulatie en kan actieve bloeddrukverlaging ook nadelige gevolgen hebben. Ook hypotensie kan secundaire schade induceren, met name door hypoperfusie van gebieden met een gestoorde autoregulatie. In dit artikel geven we voor de belangrijkste intracraniële aandoeningen een samenvatting van de richtlijnen en de recente literatuur ten aanzien van bloeddrukmonitoring en regulatie in de acute fase.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- bent u op de hoogte van de normale werking van de cerebrale autoregulatie van perfusie en begrijpt u de consequenties van verstoring van de cerebrale autoregulatie
- kent u de voor- en nadelen van de verschillende middelen waarmee de bloeddruk bij patiënten met een acute neurologische aandoening verlaagd of verhoogd kan worden
- bent u op de hoogte van het bewijs voor onder- en bovengrenzen van bloeddruk in de acute fase van het herseninfarct, het intracerebraal hematoom, de subarachnoïdale bloeding en het ernstig traumatisch schedel-hersenletsel