Diabetes mellitus en anesthesie

| 01 september 2018

Het aantal patiënten met diabetes mellitus neemt enorm toe; boven de 65 jaar heeft al ongeveer 20% van de bevolking diabetes. Het merendeel hiervan (90%) heeft diabetes mellitus type 2. In de preoperatieve fase worden de orale bloedsuikerverlagende middelen niet gegeven op de dag van de operatie. Dit beleid geldt ook voor de nieuwe klassen bloedsuikerverlagende middelen, de DPP-4-remmers, de GLP-1-analogen en de SGLT2-remmers. Omdat de insulinebehoefte van een nuchtere bedlegerige patiënt lager is dan normaal, moeten insulinedoseringen preoperatief worden aangepast. Patiënten met een insulinepomp kunnen deze peroperatief doorgebruiken met een aangepaste basaalstand. De optimale behandeling van hyperglykemie – bij patiënten met of zonder diabetes mellitus – perioperatief of tijdens een IC-opname blijft een discussiepunt. De huidige consensus is dat hyperglykemie boven de 10 mmol/l behandeling behoeft en dat hypoglykemie zoveel mogelijk voorkomen moet worden. Voor de postoperatieve zorg op zaal zijn basaalbolusregimes met subcutane insuline bewezen effectiever dan de sliding-scale-algoritmes met intraveneuze insuline.

Leerdoelen

Na het bestuderen van deze collectie:

  • bent u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de behandeling van diabetes mellitus
  • weet u wat de perioperatieve zorg voor een patiënt met diabetes mellitus inhoudt en hebt inzicht in de behandeling van hyperglykemie in het ziekenhuis

Informatie over deze collectie

Publicatiedatum 01 september 2018
Duur
1 uur

Accreditatie

Status
Niet gestart

Aan de slag

Wil jij ook nascholen met A&I?

In deze collectie

E-learning met toets

Diabetes mellitus en anesthesie

Auteurs
Hulst, A.H.
Dr. Holleman, F.
Dr. Hermanides, J.
Niet gestart
1 uur
Het aantal patiënten met diabetes mellitus neemt enorm toe; boven de 65 jaar heeft al ongeveer 20% van de bevolking diabetes. Het merendeel hiervan (90%) heeft diabetes mellitus type 2. In de preoperatieve fase worden de orale bloedsuikerverlagende middelen niet gegeven op de dag van de operatie. Dit beleid geldt ook voor de nieuwe klassen bloedsuikerverlagende middelen, de DPP-4-remmers, de GLP-1-analogen en de SGLT2-remmers. Omdat de insulinebehoefte van een nuchtere bedlegerige patiënt lager is dan normaal, moeten insulinedoseringen preoperatief worden aangepast. Patiënten met een insulinepomp kunnen deze peroperatief doorgebruiken met een aangepaste basaalstand. De optimale behandeling van hyperglykemie – bij patiënten met of zonder diabetes mellitus – perioperatief of tijdens een IC-opname blijft een discussiepunt. De huidige consensus is dat hyperglykemie boven de 10 mmol/l behandeling behoeft en dat hypoglykemie zoveel mogelijk voorkomen moet worden. Voor de postoperatieve zorg op zaal zijn basaalbolusregimes met subcutane insuline bewezen effectiever dan de sliding-scale-algoritmes met intraveneuze insuline.
Artikel

Diabetes mellitus en anesthesie

Niet gestart
Bijlage

Literatuurlijst

Niet gestart