Intracerebrale bloeding
Jaarlijks worden meer dan 6000 patiënten in Nederland getroffen door een acute spontane (niet-traumatische) intracerebrale bloeding. Na een eerste ziekenhuisopname voor een intracerebrale bloeding overlijdt 35,5% van de patiënten binnen dertig dagen. De kans op goed functioneel herstel bij degenen die overleven is beperkt. Bij iedere patiënt met een intracerebrale bloeding is het van groot belang de onderliggende oorzaak vast te stellen. Een aantal mogelijke oorzaken moet al in de acute fase worden overwogen en aangetoond, omdat deze directe consequenties hebben voor de behandeling. In dit artikel geven wij een overzicht van de diagnostische benadering van een patiënt met een intracerebrale bloeding met praktische aanwijzingen voor de klinische praktijk. Tevens bespreken wij direct aan de intracerebrale bloeding gerelateerde en systemische complicaties en geven wij een overzicht van de mogelijkheden van behandeling, medicamenteus en neurochirurgisch. Tot slot bespreken wij het belang van secundaire preventie en de afwegingen die gemaakt moeten worden bij een indicatie voor trombocytenaggregatieremmers en antistolling.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kennis van de differentiële diagnose van een hersenbloeding, en van praktische aanwijzingen die hieraan richting kunnen geven
- kennis van praktische handvatten voor de diagnostische benadering van patiënten met een hersenbloeding in de acute fase
- weten welke behandelmogelijkheden er zijn bij een hersenbloeding
- kennis van het belang en effect op de uitkomst van een actief behandelbeleid
- afwegingen kunnen maken ten aanzien van secundaire preventie