Trigeminale autonome cefalalgieën

| 01 juni 2017

Trigeminale autonome cefalalgieën worden gekenmerkt door ernstige, kortdurende aanvallen van unilaterale hoofdpijn die gepaard gaat met ipsilaterale craniale autonome verschijnselen. Binnen deze groep worden verschillende hoofdpijnsyndromen onderscheiden. Clusterhoofdpijn is hiervan de meest voorkomende aandoening. In de differentiële diagnose staan verder paroxismale hemicranie, hemicrania continua en de short-lasting unilateral headache attacks. Het herkennen én het onderscheiden van de verschillende syndromen binnen de trigeminale autonome cefalalgieën kan erg lastig zijn, maar het stellen van de juiste diagnose is belangrijk, aangezien de behandeling van de verschillende hoofdpijnsyndromen substantieel verschilt. Het onderscheid tussen de verschillende hoofdpijnsyndromen is voornamelijk gebaseerd op verschillen in aanvalsduur en -frequentie. De reactie op behandeling kan ondersteunend zijn bij het stellen van de diagnose. Het afnemen van een adequate anamnese is essentieel, want het is niet mogelijk de diagnose te bevestigen door middel van beeldvormend of laboratoriumonderzoek. In dit artikel worden de verschillende trigeminale autonome cefalalgieën en de behandelmogelijkheden besproken.

Leerdoelen

Na het bestuderen van deze collectie:

  • klinisch beeld van de trigeminale autonome cefalalgieën herkennen
  • onderscheid maken tussen de verschillende hoofdpijnvormen binnen de groep van trigeminale autonome cefalalgieën
  • kennis over de mogelijke behandelingen van de verschillende vormen

Informatie over deze collectie

Publicatiedatum 01 juni 2017
Duur
1 uur

Accreditatie

Status
Niet gestart

Aan de slag

Wil jij ook nascholen met Nervus?

In deze collectie

E-learning met toets

Trigeminale autonome cefalalgieën

Auteurs
Doesborg , P.G.G.
Fronczek , R., Dr.
Ferrari , M.D., Prof.dr.
Haan, A.
Niet gestart
1 uur
Trigeminale autonome cefalalgieën worden gekenmerkt door ernstige, kortdurende aanvallen van unilaterale hoofdpijn die gepaard gaat met ipsilaterale craniale autonome verschijnselen. Binnen deze groep worden verschillende hoofdpijnsyndromen onderscheiden. Clusterhoofdpijn is hiervan de meest voorkomende aandoening. In de differentiële diagnose staan verder paroxismale hemicranie, hemicrania continua en de short-lasting unilateral headache attacks. Het herkennen én het onderscheiden van de verschillende syndromen binnen de trigeminale autonome cefalalgieën kan erg lastig zijn, maar het stellen van de juiste diagnose is belangrijk, aangezien de behandeling van de verschillende hoofdpijnsyndromen substantieel verschilt. Het onderscheid tussen de verschillende hoofdpijnsyndromen is voornamelijk gebaseerd op verschillen in aanvalsduur en -frequentie. De reactie op behandeling kan ondersteunend zijn bij het stellen van de diagnose. Het afnemen van een adequate anamnese is essentieel, want het is niet mogelijk de diagnose te bevestigen door middel van beeldvormend of laboratoriumonderzoek. In dit artikel worden de verschillende trigeminale autonome cefalalgieën en de behandelmogelijkheden besproken.
Artikel

Trigeminale autonome cefalalgieën

Niet gestart