Chronische diarree bij peuters en kleuters

Chronische (langer dan twee weken bestaande) diarree komt bij peuters en kleuters veel voor. In afwezigheid van groeiachterstand en andere afwijkende bevindingen is functionele diarree (‘peuterdiarree’) de meest waarschijnlijke verklaring. De behandeling daarvan bestaat uit normalisering van de voeding, met speciale aandacht voor de ‘4 V’s’: vet, vezels, vruchtensap, vocht. Blijft effect daarvan uit, dan moet in de eerste plaats worden gedacht aan darmparasieten en verder aan overloopdiarree bij ‘occulte’ obstipatie. Zijn er wel bijkomende klachten of symptomen, dan wordt de diagnostiek uitgebreid, bijvoorbeeld met feceskweken (inclusief onderzoek naar Clostridium difficile) en coeliakieserologie. Voedselallergie en chronische inflammatoire darmziekten zijn op deze leeftijd zeldzaam, maar kunnen niet op voorhand uitgesloten worden geacht. Lactose-intolerantie komt bij peuters en kleuters daarentegen niet voor (tenzij een enkele keer secundair aan bijvoorbeeld giardiasis of coeliakie) en er is dan ook nooit een indicatie voor een lactose-waterstofademtest of voor proefbehandeling met lactosebeperkte voeding.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kent u de differentiaaldiagnose van chronische diarree bij peuters en kleuters
- weet u welke symptomen en bevindingen nadere diagnostiek bij chronische diarree noodzakelijk maken
- kent u de therapie van functionele diarree, de meest voorkomende oorzaak van chronische diarree bij peuters
- weet u van het bestaan van de nieuwe ESPGHAN-richtlijn voor de diagnostiek van coeliakie