‘Opgelost’
Propyleenglycol (PG) wordt toepast in injectievloeistoffen om de oplosbaarheid te vergroten van geneesmiddelen die slecht in water oplosbaar zijn. Propyleenglycol wordt deels via de lever en deels via de nier geklaard. Bij pasgeborenen is de uitscheiding van PG vertraagd vergeleken met volwassenen en kan PG stapelen in onder meer hersenweefsel. Toxische verschijnselen van PG zijn convulsies, hartritmestoornissen, depressie van het centraal zenuwstelsel en ototoxiciteit. Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) heeft limieten opgesteld voor de toepassing van PG bij (jonge) kinderen. Aan de hand van een casus lichten wij toe dat de toepassing van hulpstoffen in geneesmiddelen vaak niet te vermijden is, maar door gebruik van geconcentreerde oplossingen wel kan worden beperkt.