De suffe pasgeborene: hypoglykemie
Pasgeborenen moeten zich aanpassen van een passieve glucosehomeostase in utero, gekenmerkt door continue transplacentale aanvoer, naar een situatie postnataal waarbij de pasgeborene zelf actief de glucoseconcentratie in het bloed binnen een nauwe bandbreedte moet houden. Tijdens de perinatale transitie kunnen verschillende omstandigheden leiden tot een hypoglykemie. Hoewel erfelijke metabole en endocriene ziekten zelden de oorzaak zijn van hypoglykemie bij een pasgeborene, is herkenning van belang omdat deze ziekten specifieke therapie en follow-up behoeven. Bijzondere klinische kenmerken (‘rode vlaggen’) kunnen een aanwijzing zijn voor een onderliggende erfelijke metabole of endocriene ziekte. Kennis van de normale fysiologie en herkenning van ‘rode vlaggen’ is van belang voor het verrichten van de juiste aanvullende diagnostiek, zodat de diagnose tijdig kan worden gesteld.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kunt u een pasgeborene met een onverklaarde hypoglykemie herkennen
- kent u de hoofdgroepen van oorzaken van hypoglykemie bij pasgeborenen waarbij er meestal geen sprake is van een erfelijke metabole of endocriene oorzaak
- herkent u belangrijke risicofactoren (‘rode vlaggen’) bij pasgeborenen voor een erfelijke metabole of endocriene oorzaak van een hypoglykemie
- kent u de hormonen die betrokken zijn bij het handhaven van normoglykemie
- kunt u initiële diagnostiek en behandeling inzetten bij een onverklaarde hypoglykemie