Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Bij verschillende arbodiensten worden als onderdeel van keuringen, PMO en dergelijke flowvolumecurves gebruikt. Onderzoek vindt plaats door meting van verschillende parameters waarmee de dynamische longvolumina kunnen worden vastgesteld. Het uitvoeren van onderzoek is echter aan regels gebonden om de betrouwbaarheid te vergroten. Zo moet er een goede indicatie worden gesteld voordat dit mogelijk is. Longfunctieonderzoek maakt differentiatie van verschillende aandoeningen mogelijk. Zo kunnen obstructieve en restrictieve aandoeningen worden onderscheiden naast reversibele en niet-reversibele luchtwegaandoeningen. In dit artikel wordt met name ingegaan op de obstructieve aandoeningen en deze worden geïllustreerd aan de hand van relevante casuïstiek. De classificatie van de aandoening bepaalt ook het therapeutisch spectrum en de prognose. Voor de bedrijfs- en verzekeringsarts is met name de flowvolumecurve van belang en daarnaast de piekstroommeting. Met de uitkomst van dit onderzoek kunnen onder andere de benutbare mogelijkheden worden vastgesteld. De resultaten uit longfunctieonderzoek zijn daarbij onmisbaar.
Naast neurologische aandoeningen kunnen vele niet-neurologische ziektes leiden tot cognitieve stoornissen. In dit artikel wordt een aantal hartaandoeningen besproken waarbij er een duidelijke relatie blijkt te zijn met cognitieve stoornissen. Het is van belang dat bedrijfsarts en verzekeringsarts hiervan op de hoogte zijn, zodat zij ook cognitief disfunctioneren in het werk bij deze ziektes kunnen herkennen en voorkomen.
Iedere kinderarts moet longfunctieonderzoek bij kinderen kunnen aanvragen en beoordelen. Het meest gebruikte longfunctieonderzoek betreft de flow-volumecurve, die vooral wordt gebruikt bij de diagnostiek en monitoring van astma. Een betrouwbare flow-volumecurve kan bij kinderen vanaf ongeveer 5 jaar worden verkregen. Goed getraind longfunctiepersoneel dat gewend is met kinderen te werken is daarbij een vereiste. Bij het interpreteren van een flow-volumecurve is vooral de visuele inspectie van de curve van belang. De kinderarts beoordeelt of de curve voldoet aan kwaliteitscriteria (snelle oploop van het expiratoire deel van de curve, langzame continue afname van flow totdat deze 0 is) en beoordeelt het patroon van de curve als normaal, obstructief of ‘restrictief’. Pas daarna worden de gemeten waarden vergeleken met referentiewaarden.
Najaar 2014 is de zesde gewijzigde druk verschenen van de al bijna
15 jaar bestaande Werkwijzer Arbeidsconflicten van STECR, die zich
een vaste plaats heeft verworven. De Werkwijzer is niet alleen voor
arboprofessionals geschreven, maar voor allen die zich met conflicten
bezig houden. Bedrijfs- en verzekeringsartsen worden geacht
professionele normen te volgen en daarbij horen ook de Werkwijzers
van STECR. De veranderingen in deze druk zijn, voor zover het de inhoud
betreft, eerder gradueel dan revolutionair. Met name aan adviezen over de
interventieperiode en over mediation zijn nieuwe eisen verbonden, die op
gespannen voet kunnen staan met de professionaliteit van de bedrijfsarts.
Dit artikel geeft een overzicht van de wijzigingen in de Werkwijzer.
De auteur geeft verder vanuit een persoonlijke visie de kritiek weer van
de diverse partijen op de nieuwe versie. Bedrijfs- en verzekeringsartsen
hebben in de praktijk regelmatig met de Werkwijzer te maken. Daarom is
het is van belang voor u om op de hoogte te zijn van de actuele discussie
hierover.
De indicatie voor het gebruik van trombocytenaggregatieremmers is vaak secundaire preventie na een TIA of een herseninfarct. Deze aandoeningen ontstaan meestal als gevolg van een embolie afkomstig van atherosclerotische plaques in de a. carotis interna of a. basilaris. Trombocytenaggregatieremmers gaan de activering en klontering van trombocyten op de plaques tegen en kunnen zo een volgende TIA of een (volgend) herseninfarct voorkomen. De risico’s zijn vooral bloedingen. De bijwerkingen zijn doorgaans niet ernstig; bij gebruik van acetylsalicylzuur kan gelijktijdig gebruik van een maagbeschermer nuttig zijn. Secundaire preventie met trombocytenaggregatieremmers staat niet op zichzelf. Ook aan risicofactoren als roken, onvoldoende lichamelijke activiteit, overgewicht en overmatig gebruik van alcohol zal aandacht moeten worden besteed.
De luchtwegen zijn een complex en essentieel onderdeel van het menselijk lichaam. De belangrijkste taak van de longen is het opnemen van zuurstof uit de omgevingslucht en het uitscheiden van kooldioxide, dit vindt plaats in het diffusieoppervlak (longparenchym). De luchtwegen zorgen voor een adequaat transport van lucht naar het diffusieoppervlak en tevens voor bescherming van het diffusieoppervlak tegen toxisch geïnhaleerde stoffen. Als het transport of beschermingsmechanisme niet goed functioneert, komt dit tot uiting in klachten als benauwdheid, hoesten of sputumopgave. Deze klachten kunnen grote invloed hebben op het dagelijks leven en dienen daarom adequaat te worden behandeld. Om deze klachten goed te kunnen behandelen, is een goed begrip van de anatomie en fysiologie van de luchtwegen onmisbaar.