Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Popartiesten leiden een kwetsbaar bestaan en zijn blootgesteld aan verschillende gezondheidsrisico’s die samenhangen met het leven als popster. De mortaliteit onder popartiesten ligt een factor twee tot drie hoger dan in de algemene bevolking, met als hoofdoorzaak overdosering door alcohol en drugs. Uit literatuuronderzoek blijkt dat er meerdere determinanten bestaan die causaal maar zeker conditioneel een rol spelen bij het overlijden van popartiesten. Opvallend is het geleidelijke verlies van de geestelijke en lichamelijke balans. Het resulteert in aftakeling en toename van afhankelijkheid van alcohol en drugs waarvoor men soms de ultieme prijs betaalt. In deze bijdrage wordt door middel van de analyse van een casus de vraag beantwoord of sprake is van een nieuwe beroepsziekte onder popartiesten. Daarvoor worden de vijf meldingscriteria van het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten gebruikt. Wij voegen een zesde criterium toe: aandacht voor behandeling en begeleiding. Met de beschrijving van een nieuwe beroepsziekte is immers ook de roep om preventie geboren. Goede zorg voor artiesten is van levensbelang en hier ligt een wettelijke taak voor de arbeids- en bedrijfsgeneeskunde.
SOLK staat voor somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten. Ernstige SOLK speelt een rol bij 15% van het langdurig verzuim en draagt bij tot een vertraagd functioneringsherstel. SOLK is vooral een werkhypothese voor de (bedrijfs)arts. Voordat gesteld kan worden dat sprake is van SOLK, moeten volgens de richtlijn somatische en psychiatrische verklaringen worden uitgesloten. Daarna kan SOLK als werkhypothese worden aangehouden en wordt gekeken wat onderhoudende factoren zijn. Het SCEGS-model is voor de exploratie het meest geëigend. De aanpak voor interventies is trapsgewijs, begint met goede uitleg en wordt waar nodig vervolgd met een monodisciplinaire interventie en bij zwaardere problematiek met een multidisciplinaire interventie. Bij specifieke en hardnekkige patronen kan verwijzing naar gespecialiseerde ggz aangewezen zijn.
Verslaving en misbruik van genotmiddelen komen veel voor, ook onder de beroepsbevolking. Beschreven wordt wat de meest effectieve manier is om gebruikers tot gedragsverandering te bewegen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het formuleren van een zorgvuldig alcohol- en drugsbeleid, aan testen en aan het juridisch kader, waarbij in het bestuursrecht geen rekening wordt gehouden met wetenschappelijke inzichten over verslaving.
Het toepassen van EBM in de praktijk omvat vijf stappen die u als bedrijfs- of verzekeringsarts kunnen helpen bij het beantwoorden van uw praktijkvragen. Na het formuleren van een beantwoordbare vraag naar aanleiding van uw praktijkprobleem, het opstellen van een zoekstrategie en het beoordelen van de methodologische kwaliteit, komen in dit afsluitende artikel het interpreteren van evidence en het trekken van conclusies aan bod. Hiervoor is het van belang te weten wat de grootte van het effect is, hoe precies het effect gemeten is (uitgedrukt als betrouwbaarheidsinterval), wanneer sprake is van een klinisch relevant effect en wat de kwaliteit is van het totaal aan evidence (alle studies samen die een antwoord op uw vraag geven). Voor het bepalen van de kwaliteit van de evidence laten wij u kennismaken met de GRADE-systematiek. Dit is een veelgebruikte methode om systematisch en transparant het totaal aan evidence samen te vatten en conclusies te formuleren.
Verslaving is de uiting van een chronische stoornis van het beloningsysteem in het brein en vormt een omvangrijk maatschappelijk probleem. Zowel een individueel biologisch bepaalde kwetsbaarheid als de directe effecten van drugs op de hersenen vormen een verklaring voor de stoornissen in het gebruik van middelen, zoals misbruik en verslaving in de DSM-5 worden benoemd. Verslaving is het gevolg van langer durende blootstelling aan roesmiddelen. Daardoor vindt een (geleidelijke) adaptatie aan de drugs binnen het beloningssysteem en de daarmee verbonden hersendelen plaats. Individueel bepaalde factoren zoals temperament, impulsiviteit, emotionaliteit, frustratietolerantie of de beloningsgevoeligheid voor middelen, zijn van belang bij het ontstaan van misbruik of verslaving. Het beloningssysteem is tevens een belangrijk ‘doelwit’ van het stresssysteem. Patiënten met een posttraumatische stressstoornis hebben een verhoogd verslavingsrisico. Stress speelt een belangrijke rol bij terugval in gebruik. Problematisch middelengebruik gaat meestal samen met andere psychische stoornissen en dient in samenhang daarmee behandeld te worden.
Pijn en zwelling van een gewricht kunnen uitingen zijn van diverse reumatologische en orthopedische aandoeningen, maar kunnen