Quintesse
Praktische nascholing voor bedrijfsartsen en verzekeringsartsen
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Quintesse?
Abonneer nu! Meer informatieAlle collecties van Quintesse
Gesorteerd op nieuw - oud
Het is voor bedrijfsartsen niet altijd duidelijk wanneer zij een cliënt kunnen doorverwijzen naar het bedrijfsmaatschappelijk werk en wanneer naar professionals in de geestelijke gezondheidszorg. Een organisatie bepaalt zelf of en op welke manier zij het bedrijfsmaatschappelijk werk wil inzetten. Het minimale speelveld van de bedrijfsmaatschappelijk werker betreft cliënten met werkgerelateerde kortdurende problematiek. Sommige organisaties bieden meer ruimte voor ondersteuning door bedrijfsmaatschappelijk werk. In dat geval kunnen ook privéproblemen aanleiding zijn om door te verwijzen. bijvoorbeeld problemen in de thuissituatie, financiële problemen of rouwverwerking. Indien sprake is van een DSM-geclassificeerde stoornis of risicovolle, complexe en langdurige problematiek, is verwijzing naar de geestelijke gezondheidszorg op zijn plaats. Door te investeren in het contact en de afstemming tussen de bedrijfsarts en het bedrijfsmaatschappelijk werk kan de samenwerking verbeteren.
Angststoornissen komen veel voor: bij 8% van de mannen en bij 13% van de vrouwen. Klachten zijn hartkloppingen, zweten, benauwdheid, misselijkheid of het gevoel te stikken. Als de angstaanvallen heel frequent voorkomen, hebben die ook gevolgen voor het werk. Ik kom er daarom regelmatig mee in aanraking in mijn praktijk als bedrijfsarts. Mijn cliënten geef ik altijd graag meteen praktische adviezen. Nu is er voor de acute gevallen van angst of hyperventilatie een app op de markt die direct ondersteuning pretendeert te geven: de Adem Coach App van www.in-balanz.nl.
Na schokkende gebeurtenissen worden stressreacties vaak beschouwd als normale reacties na abnormale gebeurtenissen. Beschreven wordt wanneer normale stressreacties als traumagerelateerde klachten kunnen worden bestempeld, hoe screeningsinstrumenten hierin een rol kunnen spelen, waarin de posttraumatische stressstoornis (PTSS) zich onderscheidt van andere
angst- en stemmingsstoornissen, en hoe de omschrijving van de potentieel traumatiserende gebeurtenis in de DSM-5 is verruimd. Tenslotte worden evidence-based en best-practicebehandelingen voor PTSS beschreven en alarmsignalen voor de bedrijfs- of verzekeringsarts die hem kunnen helpen problemen in de verwerking tijdig te signaleren.
Een medewerker in de zorg valt uit na een reorganisatie. Met de kennis van de voorgeschiedenis in haar privéleven en op basis van haar klachten wordt een posttraumatische stressstoornis vermoed. Dankzij multidisciplinair begeleiden wordt het probleem helder en herstelt de medewerker, waarmee ze niet alleen behouden blijft voor haar werk maar ook persoonlijk een belangrijke stap kan zetten voor de toekomst.
Een ongeval zit soms in een klein hoekje. Dat blijkt ook in deze casus
over een 35-jarige facilitair medewerker. Tijdens zijn werk werd hem gevraagd een deur te openen. Nietsvermoedend stak hij de sleutel in
het slot waarop 220 V wisselspanning stond. Een installateur, die even daarvoor een kaartlezer op dezelfde deur had gemonteerd, was vergeten de stroom uit te schakelen. Hoewel slechts 3 tot 4 seconden contact werd gemaakt tussen de spanningsbron en de vingers van de medewerker, ontstonden directe forse klachten van de rechterhand en -onderarm
die zich uitten in vasculaire en neurogene afwijkingen. Door dit voorval kon hij zijn werk niet meer uitvoeren. De bedrijfsarts zag dat in het daaropvolgende jaar het herstel stagneerde en verwees de ongelukkige werknemer door naar een polikliniek voor arbeidsrevalidatie met de vraag of terugkeer naar eigen werk zonder urenbeperking nog mogelijk was. Om een goed antwoord te kunnen formuleren op deze vraag vond een uitgebreid diagnostisch onderzoek plaats. Daarbij werden de resultaten van de deelonderzoeken van alle betrokken deskundigen werkzaam in een multidisciplinaire setting zorgvuldig meegewogen in de besluitvorming. Het beoordelingstraject en de uiteindelijke conclusie laten zien welke consequenties een ogenschijnlijk korte blootstelling aan stroom kan hebben op de functionele mogelijkheden voor werk.
De bedrijfs- of verzekeringsarts zal frequent patiënten met een angst- stoornis tegenkomen: angststoornissen komen bij volwassenen veelvuldig voor, hebben een chronisch beloop en gaan gepaard met beperkingen in het (werk)functioneren. Behandeling is geïndiceerd omdat de kans op spontaan herstel klein is en er comorbide stoornissen kunnen ontstaan. Behandeling door middel van medicatie en/of cognitieve gedragstherapie is bij de meeste patiënten effectief. Wel blijft een onderliggende kwets-baarheid bestaan, waardoor angstklachten na verloop van tijd weer kunnen optreden.