Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Diabetische ketoacidose is de belangrijkste oorzaak van morbiditeit en mortaliteit bij kinderen met type-I-diabetes. De gevaarlijkste complicatie van diabetische ketoacidose is hersenoedeem. Omdat hersenoedeem meestal ontstaat in de eerste uren na opname, bestaat het sterke vermoeden dat de kwaliteit van de behandeling een belangrijke oorzakelijke rol kan spelen. Er bestaan aanwijzingen dat toediening van te veel vocht, snelle daling van de effectieve osmolaliteit en toediening van natriumbicarbonaat de kans op hersenoedeem significant doen toenemen. Vermoedelijk kan hersenoedeem in veel gevallen worden voorkomen door een voorzichtige, beredeneerde behandeling die gebaseerd is op beperkte vaatvulling, langzame rehydratie, bewaking van de effectieve osmolaliteit en voorzichtige insulinedosering. Natriumbicarbonaat kan beter nooit worden gebruikt, ongeacht de ernst van de acidose. De rekenkundige correctie van de plasmanatriumconcentratie is niet zinvol.
Zeer recente inzichten suggereren dat cerebrale hypoperfusie een belangrijke rol speelt in het ontstaan van hersenoedeem.

Congenitale hypothyreoïdie omvat een heterogene groep van ziektebeelden die worden gekenmerkt door gebrek aan schildklierhormoon in de foetale en neonatale periode. Sinds 1995 heeft Nederland een screeningsmethode waarmee naast thyreoïdale vormen van congenitale hypothyreoïdie ook die van centrale origine efficiënt kunnen worden opgespoord. Bij kinderen met een afwijkend screeningsresultaat moet zo snel mogelijk en voordat de behandeling gestart wordt, vervolgonderzoek (etiologische diagnostiek) plaatsvinden naar de precieze oorzaak van de congenitale hypothyreoïdie, omdat iedere vorm specifieke eisen stelt aan de behandeling en consequenties heeft betreffende comorbiditeit en erfelijkheid. In dit artikel wordt de pathofysiologie van de verschillende vormen van congenitale hypothyreoïdie besproken en wordt beknopt ingegaan op de te verrichten diagnostiek en de in te stellen behandeling.

Ulcus cruris | Indicaties | Complicaties | Protocol Ambulante Compressietherapie | Referenties

Vanaf 1985, toen recombinant humaan groeihormoon beschikbaar kwam, zijn in toenemende mate kinderen met een andere oorzaak van kleine gestalte dan groeihormoondeficiëntie in studieverband behandeld met groeihormoon. ‘Kleine gestalte veroorzaakt door het syndroom van Turner’ en ‘persisterende kleine gestalte na een laag geboortegewicht (sga)’ werden al gauw officiële indicaties voor groeihormoonbehandeling. Het belangrijkste motief om deze niet-groeihormoondeficiënte kinderen te behandelen, is de aanname dat een kleine lengte een negatieve invloed heeft op de psychosociale ontwikkeling en dat dit zou kunnen leiden tot psychologische morbiditeit.

Zelftoegebracht letsel | Suïcidepogingen | Referenties

Prohemostatische therapie is effectief bij de preventie en adjunctieve behandeling van bloedverlies. Bevordering van de bloedstolling is mogelijk op drie niveaus: in de primaire hemostase, bij de vorming van het fibrinestolsel en door remming van de fibrinolyse. Hoewel specifieke correctie van elk van de elementen van de hemostase dus mogelijk is, lijkt prohemostatische therapie ook effectief als compensatie van een stollingsdefect in een ander systeem, of zelfs als er geen stollingsafwijking is. Het potentiële risico van een prohemostatische interventie is optreden van een trombo-embolische complicatie, maar deze kans lijkt in de praktijk erg klein.